De Man van la Mancha leeft voort

Man van la Mancha

Huub van der Lubbe vecht als Don Quichot met de windmolens (foto Bart Grietens)

De Man van la Mancha, zo heet de productie waarmee de Theateralliantie haar tienjarig jubileum viert en die tot en met 9 juni 2024 in theaters in grote steden te zien is. De beroemde, van oorsprong Amerikaanse musical uit 1965 was 55 jaar geleden voor het eerst in Nederland te zien met de toonaangevende acteur Guus Hermus in de hoofdrol. In deze legendarische versie, die op 23 december 1968 in Carré in première ging, speelde Lex Goudsmit zijn schildknaap Sancho Panza en en Carry Tefsen speelde de keukenmeid Aldonza die door Don Quichot wordt aangezien voor de edelvrouwe Dulcinea.

Later werd De Man van la Mancha vaker in Nederland gespeeld, zoals in het seizoen 1993/1994 bij het Ballet van Vlaanderen met Ramses Shaffy en onder anderen Janke Dekker en in het seizoen 2008/2009 bij Opus One met Peter Faber als Don Quichot.

Janke Dekker was bij de première van de huidige versie aanwezig, maar Peter Faber was niet uitgenodigd. Merkwaardig, want Faber is de enige, in Nederland nog levende Don Quichot van weleer. Hij zingt overigens nog altijd tijdens optredens in gevangenissen liederen uit De Man van la Mancha. De avond voorafgaande aan de première in het DeLaMar was ik er getuige van dat hij op het terras van een Amsterdams café moeiteloos en tekstvast twee belangrijke liederen uit de musical uit z’n mouw schudde. Zelfs De onmogelijke droom in het Frans in de door Jacques Brel vertaalde versie: Rêver un impossible rêve.

Niet zomaar een musical

Man van la Mancha

Huub van der Lubbe en Dragan Bakema (foto Bart Grietens)

Op 17 december 2023 ging in het DeLaMar Theater de nieuwe Man van la Mancha in de regie van Ruut Weissman in première. Het is een expressionistische voorstelling met opzwepende muziek en opwindende dans in de choreografie van Pim Veulings. Modern, abstract en soms heel Spaans met zowel elektrische gitaren als flamencogitaren. Huub van der Lubbe speelt de schrijver Miguel de Cervantes, die in de gevangenis verandert in Alonso Quijana. Op zijn initiatief wordt met medegevangenen zijn toneelstuk over Don Quichot gespeeld, waarin Cervantes/Quijana zelf de man van la Mancha gestalte geeft.

Zowel Van der Lubbe als de regisseur Weissman zagen in 1968 in Carré de legendarische versie met Guus Hermus, Lex Goudsmit en Carry Tefsen. Van der Lubbe was zestien, Weissman was dertien jaar. Van der Lubbe zegt in het programmaboek: “Het was voor mij niet zomaar een musical. De thematiek sprak me enorm aan. Een man die tegen de klippen op het onmogelijke probeert te bereiken, die wordt bespot en voor gek versleten, maar desondanks zijn idealen trouw blijft. Een tragische figuur, die de dingen anders ziet dan anderen, wiens leven bestaat uit vergissingen, maar het beste met de mensen voor heeft. Het is al mijn hele leven mijn lievelingsmusical. Ik hoefde geen seconde na te denken toen ik werd gevraagd voor de hoofdrol en voor het vertalen van de liedteksten”.

Hij heeft ter voorbereiding de twee delen van Cervantes’ boek De vernuftige edelman Don Quichot van la Mancha uit 1605 helemaal gelezen: “Dat was best een kluif vanwege de breedsprakigheid van vier eeuwen geleden. Maar prachtig vertaald door Barber van de Pol. Het is gissen naar de bedoelingen van Cervantes. […] Hij stak de draak met de toen zeer populaire ridderromans. Hij spotte met domheid, de bekrompenheid en het kuddegedrag van de mensen. Hij is zijn hele leven bang geweest. Was het hem alleen te doen om met zijn schrijven wat geld te verdienen? Hoe dan ook: de makers van de musical De Man van la Mancha laten de schriver en zijn tragische held glorieus herleven”.

Geef je fantasie de ruimte

Man van la Mancha

Lucretia van der Vloot, Huub van der Lubbe en ensemble (foto Bart Grietens)

Het plan om Van der Lubbe voor deze rol te vragen ontstond, toen hij met Ruut Weissman een paar jaar geleden samenwerkte aan een project dat nooit is uitgevoerd. Ze spraken destijds over hun beider fascinatie voor De Man van la Mancha en de kiem voor deze productie was gelegd. Weissman zegt over de musical in het zeer informatieve programmaboek: “Dat verhaal geeft je de opdracht mee dat je onvoorwaardelijk moet gaan voor waar je in gelooft. Niet twijfelen. Streef je idealen na. Wees als een Don Quichot: niet somber en fatalistisch, maar ga voor een betere wereld. Geef je fantasie de ruimte. Zowel uit de originele musical uit 1965 als uit het boek van Miguel de Cervantes uit 1605 waarop het is gebaseerd, haal je die boodschap moeiteloos”.

De Amerikaanse schrijver Dale Wasserman schreef het script van Man of la Mancha in 1965, twee jaar nadat hij Ken Kesey’s boek One Flew over the Cuckoo’s Nest had bewerkt tot een toneelstuk. Eigenlijk zijn dat twee boeken met eenzelfde thema: wat is geestesziekte? Wie is gek en wie is niet gek? Of zoals Don Quichot zich in de musical afvraagt: “Ben je gek als je het leven ziet zoals het zou kunnen zijn?”

Man van la mancha

Het motto

Man of la Mancha was op Broadway een hit, die bekroond werd met vijf Tony Awards: die van de beste musical, beste regie, beste mannelijk hoofdrol (Richard Kiley), beste originele muziek – van Mitch Leigh – en beste decorontwerp. Wasserman schreef zijn script als een raamvertelling: de Spaanse inquisitie heeft de schrijver Miguel de Cervantes in de gevangenis gesmeten en ze dreigen hem zijn manuscript af te pakken. Cervantes verdedigt zich door zich voor te doen als Alonso Quijana die zoveel ridderromans heeft gelezen dat hij moeiteloos Don Quichot kan spelen: de heer van la Mancha die al ridder later de eretitel ‘heer met de droeve oogoplag’ krijgt. Hij neemt zijn medegevangenen mee in zijn fantasie. De rest van de voorstelling balanceert tussen wat er in de gevangenis gebeurt en wat er gebeurt in de getroebleerde geest van de zelfbenoemde ridder.

Beste mensen, ik moet even iets zeggen

Man van la Mancha

Huub van der Lubbe vecht confronteert als Don Quichot de windmolens (foto Bart Grietens)

Ruut Weissman – en wellicht Huub van der Lubbe zelf – heeft ervoor gekozen om aan de raamvertelling nog een extra niveau toe te voegen. Aan het begin van de voorstelling komen Van der Lubbe en Dragan Bakema naar voren. De voormalige De Dijk-frontman spreekt het publiek rechtstreeks toe: “Beste mensen, ik moet even iets zeggen”. Even schrik je… volgt er een mededeling dat een van de acteurs ziek is of gaat de hoofdrolspeler zich excuseren dat hij niet goed bij stem is? Maar nee, hij zegt: “Het kan zijn dat u mij van iets anders kent, maar ik ga nu in deze musical spelen. We gaan naar Spanje, terug naar de zestiende eeuw”.

Ik weet het niet zeker, maar ik hoorde van iemand die bij een try-out was dat hij tijdens een try-out zichzelf aldus introduceerde: “Mijn naam is Huub van der Lubbe en ik speel voor het eerst in een musical”. Dat vond ik eigenlijk beter. Als je jezelf introduceert als raamverteller in een raamvertelling, noem dan gewoon je naam in plaats van ‘het kan zijn dat u mij van iets anders kent’. Ik vond die omweg nogal verwaand overkomen.

Hulde voor het decor van ‘Marlies en Wikke’

Maar goed, voordat het verhaal van start gaat, legt Dragan Bakema kort uit wat de Spaanse inquisitie inhoudt. Hij zegt, wijzend op een zwart en somber toneel: “We gaan naar Spanje. U ziet dat alles licht, warm en zonnig is. Als je de trap naar de gevangenis afdaalt, kom je in een andere wereld: duister en benauwd”. We dalen af naar een duistere, vervreemdende wereld. Naar een voorstelling, waarin de acteurs zelf de decorstukken wisselen. De acteurs blijven vrijwel de hele tijd op het toneel en dat geldt ook voor de muzikanten die aan weerszijden van het toneel zitten, zichtbaar voor het publiek. Heel prettig. De scenografie van Marloes van der Hoek en Wikke van Houwelingen – die werken onder de naam ‘Marloes en Wikke’ – is ronduit indrukwekkend. En heel herkenbaar voor dit duo, die eerder grote, semi-abstracte decors ontwierp voor onder meer Othello bij Het Nationale Toneel, Midzomernachtsdroom en Demonen bij Theater Oostpool, Orphée aux Enfers bij Opera Zuid en Troje Trilogie bij de Toneelschuur. Hulde!

Man van la Mancha

Bart van Uuden en het ensemble (foto Bart Grietens)

Hij is dood, maar Don Quichot leeft voort

Man van la Mancha

Lucretia van der Vloot en Huub van der Lubbe (foto Bart Grietens)

Er volgt een abstracte voorstelling zonder pauze, die mij soms deed denken aan een groteske poppenkast. Huub van der Lubbe declameert zijn teksten zonder dat het gewone spreektaal wordt. Misschien wordt dit effect verhevigd, omdat Cervantes/Don Quichot een verheven poëtische taal bezigt. Als hij een herberg betreedt en denkt dat het een kasteel is, zegt hij plechtig: “Ik wéns me te verstáán met de kastéélheer”. Hij brengt zijn woorden nadrukkelijk, zoals hij gewend is om zijn eigen teksten te zingen. Nogal pompeus en met veel nadruk op lange lettergrepen. Zijn tekst wordt daardoor nog staccato, vooral eanneer hij fungeert als verteller.

Hij zingt op dezelfde manier als hij altijd zong bij De Dijk: ponticifaal en soms amechtig. Alsof hij in ademnood verkeert. Dat wordt op den duur nogal vermoeiend. Op Youtube kan je luisteren naar hoe Guus Hermus De onmogelijke droom zong. Niet als een volleerd zanger, maar wel ingeleefd en ontoerend. Luister maar: https://www.youtube.com/watch?v=Mg-BbcMFf-M Ramses Shaffy zong dit lied naar mijn idee ook meer ingeleefd en ingetogen dan Huub van der Lubbe. Als een echte acteur. Luister maar: https://www.youtube.com/watch?v=ZeoEQx959kc

Hoewel hij – met zijn eigen baard en zijn getekende gelaatstrekken – uiterlijk veel lijkt op de figuur zoals we Don Quichot kennen, vond ik lastig om Huub van der Lubbe los te zien van zichzelf. Hij is natuurlijk gewend om als zichzelf op het toneel te staan en acteren is niet zijn grote kracht. Hij overtuigt het meest in ingetogen scènes, zonder stemverheffing. Zoals wanneer hij de keukenmeid Aldonza hoffelijk toespreekt: “Ik vraag nederig of ik uw dienaar mag zijn”. Want hij ziet in haar de edelvrouwe Dulcinea. Of tegen het einde van de voorstelling, wanneer hij als op zijn sterfbed ligt en zich niets kan herinneren van het voorgaande: “Misschien heb ik alles gedroomd”. Als hij is gestorven, zegt een van de personages: “Hij is dood, maar Don Quichot leeft voort”. Dat is mooi en zo waar. Don Quichot leeft immers al voort sinds 1605, toen Miguel de Cervantes hem bedacht en zijn boek schreef.

Man van la Mancha

Lucretia van der Vloot en het ensemble (foto Bart Grietens)

Affiniteit

Man van la Mancha

Lucretia van der Vloot en het ensemble (foto Bart Grietens)

Lucretia van der Vloot speelt de keukenmeid Aldonza. Haar grote solo, waarin ze probeert om haar ware ik aan Don Quichot te tonen, is het absolute hoogtepunt in de voorstelling. Ze zet met haar vurige vertolking een geloofwaardige, tragische figuur neer: de keukenmeid, die haar lichaam aan elke man verkoopt en geen greintje zelfrespect heeft. Eerst is ze hoogst verbaasd door de hoffelijkheden van de wonderlijke gast in de herberg, daarna is ze agressief in haar afwijzing, maar uiteindelijk waardeert ze toch de raadselachtige heer en ze zit aan zijn sterfbed. Heel mooi. Ik begrijp alleen niet dat kostuumontwerper Sabine Snijders haar spierwitte laarzen laat dragen, terwijl ze als keukenmeid in de rotzooi rondloopt.

Man van la Mancha

Mijn interview in Het Parool in april 1995 met Lucretia van der Vloot (Delpher)

Ik dacht terug aan 1995, toen ik Lucretia van der Vloot voor Het Parool interviewde. Ze was toen 27 jaar en deed mee aan de geweldige voorstelling TipTop, waarin ze onder meer het mooie door Ruut Weissman en George Groot geschreven lied Joodse Vrouw zong. Deze voorstelling was ook geregisseerd door Weissman. Ze zei destijds, lekker op haar gemak in haar stamkroeg De Kat in de Wijngaert in de Jordaan en vers uit de Kleinkunstakademie, dat haar roots bij soul en funk lagen, dat ze in het theater alles wilde doen, maar dat ze musicals niet zo zag zitten: “Tenzij het Dreamgirls is, want dat is een te gekke show. Verder trekt het genre me niet zo. Ik ga niet zo gauw voor mijn lol kijken naar een musical. Vind ik zo oppervlakkig, technisch, vaak zo gevoelloos. Ik wil affiniteit hebben met wat ik doe”. Nou, dat ze affiniteit heeft met Aldonza en in het algemeen met De Man van la Mancha, dat is zo klaar als een klontje.

Sacho Panza als verstandige figuur

Dragan Bakema speelt zijn rol als Sancho Panza anders dan deze figuur gebruikelijk wordt neergezet. Meestal is Don Quichots schildwacht een beetje dommig, clownesk baasje. Nu is hij een verstandige figuur, die zijn meester zo veel mogelijk probeert te behoeden voor al te grote misstappen. Als Don Quichot het aflegt tegen – in zijn ogen – reusachtige tegenstanders, zegt hij zorgzaam: “Heer, ik had u toch gezegd dat het windmolens waren”.

Bakema zingt als Sancho Panza een mooi, gevoelig lied, waarin hij aan Aldonza uitlegt waarom hij Don Quichot trouw blijft: Ik mag hem. De doorgewinterde actrice en zangeres Doris Baaten is even goed als altijd. Ze speelt de strenge officier van de Inquisitie, een kapster die Don Quichot voorziet van zijn helm – hij ziet haar scheerkom aan voor ‘de gouden helm van Mambrino’ – en ze is een grappige huishoudster. Baaten deelt de rol met Marisa van Eyle, zoals Stefan Rokebrand zijn rol van onder meer de herbergier deelt met Viggo Waas.

De héér van la Mancha

Huub van der Lubbe heeft zelf de liedteksten vertaald, terwijl Rob de Graaf het script vertaalde. In het script komen veel moderne uitdrukkingen voor, wellicht voor een jong(er) publiek. Ik was verbaasd dat Van der Lubbe in zijn eerste grote lied zijn naam uitspreekt als ‘Don Kiesjót’, niet als – fonetisch – ‘Don Kiegótte’. Vreemd, want de vier lettergrepen van ‘Don Kiegótte’ passen beter in het ritme van de muziek. Bovendien zingt Van der Lubbe dat hij ‘de heer van la Mancha’ is. Niet ‘de man van la Mancha’, zoals de titel van de voorstelling luidt. Maar ja, in de originele Engelse versie wordt in dit lied gezongen dat Don Quichot ‘de lord van la Mancha’ is. Niet ‘de man van la Mancha’. De vertaling klopt dus als een bus. Zie voor de trailer: https://www.youtube.com/watch?v=O13OeMW81pA

Man van la Mancha

A-R en Arie Cupé op de rode loper (foto Roy Beusker)

Man van la Mancha

Windmolen

De Man van la Mancha, gezien op 17 december 2023 in het DeLaMar Theater. Een productie van de Theateralliantie. Script Dale Wasserman, muziek Mitch Leigh, liedteksten Joe Darion, met Huub van der Lubbe (ook de vertaler van de liedteksten), Dragan Bakema, Lucretia van der Vloot, Stefan Rokebrand/Viggo Waas, Doris Baaten/Marisa van Eyle, Ruth Sahertian, David van Uuden, Mees Hilhorst, Danny Houtkooper en anderen, vertaling van het script Rob de Graaf, arrangeurs en muzikaal concept David Middelhoff en Rutger de Bekker, muzikaal leider Armand Dusault, regie Ruut Weissman, choreografie Pim Veulings, scenografie Marloes en Wikke (Marloes van der Hoek en Wikke van Houwelingen), kostuums Sabine Snijders, lichtontwerp Marc Heinz, scènefoto’s Bart Grietens, rodeloperfoto Roy Beusker. Op tournee tot en met 9 juni 2024 (nog in het DeLaMar t/m 30 december en terug van 23 maart t/m 5 april 2024). Zie voor de volledige speellijst: www.manvanlamancha.nl